Informatietechnologie
nog eens goed uitgelegd
softwareontwikkeling | analyse | laatst bijgewerkt op 2022-11-04

conceptueel model

Een statische, schematische weergave van het idee van de structuur van een informatiesysteem.

Een conceptueel model is een statische, schematische weergave van het idee van de structuur van een informatiesysteem. Het gaat over een idee omdat het model geen uitsluitsel biedt over de manier waarop het informatiesysteem ontwikkeld of geïmplementeerd zal gaan worden. Het model heeft een hoog abstractieniveau en dient alleen om de structuur van het informatiesysteem vast te leggen. Het gaat echter specifiek om een statische structuur omdat het model een weergave is die tijdens het actief zijn van het informatiesysteem niet verandert. Uiteraard, wanneer een informatiesysteem actief is, veranderen er gegevens in het systeem, maar juist deze gegevens komen in het conceptueel model niet voor. Het is wel mogelijk om in de toekomst de structuur van het informatiesysteem anders te maken dan in het conceptuele model staat, maar daarvoor moet het informatiesysteem dan (deels) opnieuw ingericht worden (nieuwe versie). Het betreft een schematische weergave omdat het model niet de indruk wil wekken compleet te zijn, het gaat vooral over de structuur en de onderlinge afhankelijkheid van de onderdelen en niet over de implementatie van het systeem of alle details en gegevens.

conceptueel model fig.1: Een conceptueel model voor een eenvoudige webwinkel.

Notatiewijzen

Om een conceptueel model te maken, kun je kiezen uit vele notatiewijzen. In dit artikel wordt gebruik gemaakt van een eenvoudige wijze met vakjes en pijlen, maar er zijn ook andere wijzen die ook goed kunnen zijn. Het doel blijft altijd hetzelfde, namelijk een schematisch overzicht geven. Overleg met je opdrachtgever en/of collega's over de meest geschikte notatiewijze. De reden waarom er in dit artkel gekozen is voor een eenvoudige notatiewijze is om te zorgen dat het conceptuele model gemakkelijk te begrijpen is, overzichtelijk blijft en niet doorschiet in (implementatie)details. Het conceptueel model dat we hierboven als voorbeeld gebruikt hebben bestaat uit verschillende symbolen. Een vakje is een concept; het heeft een enkelvoudige naam en vertegenwoordigt een “ding” in de echte wereld. Vaak spelen er binnen het informatiesysteem meerdere concepten samen. De pijl is een associatie; wanneer 2 concepten “gerelateerd” zijn hebben zij een reden om geassocieerd te worden. Bij de pijl staat het cijfer 1 of een sterretje. Het cijfer 1 betekent dat de associatie tussen 1 instantie van elk concept is, het sterretje betekent dat 1 instantie van het ene concept gerelateerd is aan meerdere instanties van het andere concept. Hieronder een aantal voorbeelden:

auto heeft bestuurder fig.2: Een auto heeft 1 bestuurder.

bibliotheek heeft boeken fig.3: Een bibliotheek heeft meerdere boeken.

De 1 of het sterretje kunnen ook 0 betekenen, maar dan met de mogelijkheid om meer te worden. Bijvoorbeeld: De auto heeft in principe 1 bestuurder, maar soms is die er nog niet. Echter, de auto heeft nooit meerdere bestuurders, vandaar een 1.

Daarnaast hebben concepten soms meerdere redenen om geassocieerd te worden, in dat geval staat er bij elk van de associaties nog een toelichtend zelfstandig naamwoord dat de reden omschrijft. Zie het voorbeeld hieronder.

huis heeft eigenaar en huurders fig.4: Een huis heeft zowel 1 eigenaar als meerdere huurders, allen zijn personen.

Richting van de pijl

Het is niet altijd eenduidig welke richting de pijl in dient te wijzen, bijvoorbeeld bij de bibliotheek met boeken zou je ook kunnen zeggen dat een boek bij 1 bibliotheek hoort en de pijl de andere kant op kunnen zetten. Wanneer je een dergelijke situatie tegenkomt, kies dan de richting die je het gemakkelijkst kunt uitleggen en dus het meest relevant is voor het informatiesysteem. Wanneer ik een informatiesysteem maak voor een bibliotheek dan is het relevanter dat de bibliotheek meerdere boeken heeft dan dat een boek bij deze bibliotheek hoort. Wanneer ik echter een informatiesysteem maak waarin alle boeken in de hele wereld te vinden zijn, dan is het wellicht relevanter om bij het boek te weten in welke bibliotheek het ligt. Het is derhalve van de context afhankelijk welke kant de pijl op dient te wijzen. Mocht je er nog steeds niet uitkomen, bespreek het met de opdrachtgever of maak een aanname en licht deze toe in een begeleidende tekst.

Conclusie

Het conceptueel model geeft een eenvoudig overzicht ten aanzien van de structuur van een informatiesysteem. Door het model te tekenen en te bespreken met de opdrachtgever kunnen, al in een vroeg stadium van de ontwikkeling, eventuele fouten voorkomen worden voordat deze pas na de implementatie bij het testen naar boven komen.